Sokrates als Coach en de Wet van de Eeuwige Derde

Dag van de Coach 2023

ma 23 okt 2023 - Sijtze de Roos

Ook dit jaar werd als vanouds De Dag van de Coach op 6 juni met verve in De Reehorst te Ede gevierd. Onder de bezielende leiding van dagvoorzitter Charlotte van den Wall Bake bogen ruim vierhonderd vakgenoten en aanverwante belangstellenden zich over de rol en positie van coaching in de samenleving van vandaag, daarbij op weg geholpen door keynotes van respectievelijk neuropsychiater Theo Compernolle, ‘mentaal tijdreiziger’ Wim van Rooijen en (voormalig) denker des vaderlands en filosoof Paul van Tongeren. Vervolgens mochten de deelnemers verdieping zoeken - en vinden - door te kiezen uit een aanbod van acht onderling behoorlijk verschillende workshops, alvorens in plenum kritisch-feestelijk af te sluiten met Martin Heynen.

Het thema nader bekeken
Dit riante programma werd ingeleid met een paneldiscussie tussen de bestuursvoorzitters van de drie belangrijkste beroepsorganisaties in ons vakgebied, Marieke Jellema van de NOBCO, Peter Vergeer van de LVSC en Angelique Jansen van de NOLOC. Op papier ziet zoiets er niet erg spannend uit, maar dat was het juist wel. Programmatisch bleek het een goede greep om de leiding van  onze vakorganisaties hun licht te laten schijnen op wat zij als maatschappelijk belangrijke opgaven zien voor coaches en supervisoren in de wereld van vandaag en morgen. Zo wees Vergeer op de noodzaak van systemisch coachen om de soms overmatige focus op het individu te corrigeren, bepleitte Jansen het belang van een goede coach als bondgenoot, rots in de branding en ‘partner in crime’, en benadrukte Jellema de noodzaak van ontwikkeling, borging en bewaking van kwaliteit. Hoewel zij het langs verschillende routes benaderden, ging het bij hen alle drie om de maatschappelijke betrouwbaarheid van het begeleidingskundig vak.

Daarmee boden zij samen een mooi kader voor het thema van de dag. Van meet af aan werd duidelijk dat voor het gekozen onderwerp goede redenen aan te voeren waren. Om op verantwoorde wijze een rol te kunnen (blijven) spelen in een snel veranderende wereld, zullen begeleidingskundigen - net als alle andere burgers - steeds opnieuw hun positie - en dat van hun vak - moeten bepalen en herijken. 

Kruisvuur overleven, tijdreizen en de kwaliteit van coaches
Ideeën over intrapersoonlijke invloeden op ongewenst gedrag kunnen je als coach op een dwaalspoor brengen en je blik verduisteren, aldus Theo Compernolle, die als eerste spreker de inhoudelijke aftrap voor zijn rekening nam. In een systematisch betoog voerde hij de ‘wet van de eeuwige derde’ op. Als er een conflict is tussen twee personen, of groepen, of systemen, dan raakt daar gegarandeerd een derde bij betrokken. Jij als coach, bijvoorbeeld. Vervolgens introduceerde hij de ‘driehoeksmeetkunde van relaties’, aan de hand waarvan hij het belang van systemisch denken en werken liet zien. Het belang daarvan is naar mijn idee groot. Vooral organisatiecoaches zullen onder het kruisvuur komen te liggen van al dan niet impliciete of gecamoufleerde conflicten in instabiele systemen. Hoe je onafhankelijke positie te handhaven? Het komt er dan op aan om goede relaties met alle betrokkenen op te bouwen, af te zien van individuele diagnoses, stempels of etiketten en wisselende coalities aan te gaan.

Maar de wereld is (veel) groter dan de grenzen van organisaties. Coaches maken ook deel uit van de grote, veranderlijke en vaak moeilijk te begrijpen werkelijkheid om ons heen. Tijdreiziger Wim van Rooijen nam het gehoor met groot enthousiasme mee op een associatieve reis door de tijd. Zo maakte hij invoelbaar hoezeer wij als coaches overvallen (kunnen) worden door de exponentiële snelheid van niet zelden heftige ontwikkelingen op velerlei gebieden en door soms sluipende veranderingen, die later fundamenteel blijken te zijn. Door achter- en vooruit ‘mentaal door de tijd te reizen’ kun je afstand nemen om zo per situatie of geval je positie te bepalen en je rol te kiezen.

Van geheel andere aard was de keynote van Paul van Tongeren. Wat mij gelijk opviel was dat hij van alle sprekers - en naar later zou blijken ook van de meeste workshopleiders - de enige was die begon met vragen te stellen. Bovendien was hij voorzover ik hebben kunnen zien ook de enige die niet begon met een uitgebreid en imposant curriculum vitae; een zo langzamerhand in onze kringen een wat mij betreft hinderlijke en overbodige gewoonte: goede wijn behoeft geen krans. Zo ongeveer het eerste wat Van Tongeren zich - ‘als vreemde eend in de bijt’ - hardop twijfelend afvroeg was ‘of filosofie wel kan helpen?’ Argwaan was, vond hij, te dien aanzien op zijn plaats. Maar misschien kunnen we te rade gaan bij Sokrates, van beroep wijsgeer, die, net als coaches (behoren te) doen, vooral vragen stelt. Sokrates is iemand, die weet dat hij niets weet. Zou dat niet ook een idee voor ons als coaches zijn?

Zou - zo vroeg Van Tongeren zich af - Sokrates misschien een goede coach zijn? Nou, dat ligt er aan wat je onder goed coachen verstaat. Het gaat Sokrates er niet om ‘jou te ondersteunen op het moment dat jij daar behoefte aan hebt’, of om ‘je zelfvertrouwen te helpen vergroten’. Ook biedt hij geen ‘effectieve manier om je vooruit te helpen’, noch om ‘je doelen SMART te maken’ of ‘om je betekenis te helpen geven aan je leven en je werk’. En van een ‘niet goed, geld terug garantie’ is bij hem al helemaal geen sprake. Wie socratisch zou willen coachen dient af te zien van het instrumenteel najagen van effectiviteit in dienst van (de belangen van) derden, maar te leren zoeken naar kwaliteit, waarbij die kwaliteit misschien meer in het zoeken ligt, dan in het vinden. In plaats van doen wat iemand wil, zou de socratische coach de cliënt eerder helpen te ontdekken wat hij of zij eigenlijk wil, of beter nog: nodig heeft, en in plaats van betekenis te geven, hem of haar helpen ontvankelijk te worden.

Met deze even bescheiden als indringende verzameling vragen en voorlopigheden plaatste Van Tongeren een wat mij betreft hoognodig vraagteken bij de alwetendheid waarvan coaching nog steeds te vaak doortrokken is.

Workshops
Van de acht workshops bezocht ik er twee. Ron van Deth stelde ook een vraag, namelijk of intuïtie een plaag of juist een noodzakelijke voorwaarde voor professionals is. In zijn druk bezochte, maar desondanks behoorlijk interactieve workshop maakten Ron en deelnemers elkaar gaandeweg duidelijk dat intuïtie als bron van opgeslagen kennis en ervaring je inderdaad een heel eind op weg kan helpen, maar je tegelijkertijd op kan sluiten in je overtuigingen en vooroordelen. Rationele correctie blijft nodig. En vooral: een open houding, ook in methodisch opzicht.

Van Annette Bienfait, ten slotte, viel te leren hoezeer de ethiek van coachen gebaat is bij een zorgvuldige hantering van klachten en hoe dat veel verder gaat dan enkel het volgen en toepassen van regels uit de gedragscode. Nodig is vooral een ontwikkeld bewustzijn van ethische dilemma’s waarin je al coachend verstrikt kan raken. Mij was dat uit het hart gegrepen, maar ik zou er graag nog iets aan willen toevoegen: kan het coachen niet zelf soms ethisch suspect zijn? Wanneer wel, wanneer niet? Daarover zou ik graag een volgende workshop belegd zien.

Zoals gebruikelijk werd ook deze Dag van de Coach weer prettig-professioneel door Kloosterhof over het voetlicht gebracht. Op naar de volgende editie.

Sijtze de Roos is ex-president van de ANSE, ex chief editor van ANSE Journal en redactielid van het Tijdschrift voor Coaching.

Naar het overzicht